Na zijn dominante overwinning in de kwalificatie op zaterdag stond Febvre met vol vertrouwen aan de start van de eerste race in de MXGP. En dat was eraan te zien: na de openingsronde reed de Fransman al los op de tweede plaats. Na een korte studieronde zette hij een aanval in op de leider in de negende ronde van de achttien, waarna hij meteen een gat sloeg. Al was de wedstrijd daarmee nog niet gereden: twee ronden later kwam de Febvre immers onverwacht tot stilstand in het mulle zand, net na een sprong. De elektrische starter bracht z’n motor snel weer tot leven, maar toch wilde de machine niet vooruit. Het duurde even, maar toen zag de rijder dat er een steen geblokkeerd zat tussen de achterrem. Eenmaal het euvel verholpen was, reed hij opnieuw enkele seconden sneller dan de concurrentie, en kreeg de manchewinnaar zelfs nog in het zicht bij de finishvlag. Een perfecte tweede manche, met een vijfde holeshot van het seizoen, moest - en zou uiteindelijk - soelaas brengen: Febvre hengelde de GP van Arnhem binnen. Zijn zesde in de laatste zeven rondes van het kampioenschap. Wat een prestatie! De kopman van Kawasaki Racing Team staat tweede in het kampioenschap, met een achterstand van tweeënnegentig punten op de eerste in het klassement, en zevenenzeventig punten los van de derde stek.
 
Romain Febvre: “Ik voelde me gisteren al goed op de baan en had een goede flow. De omloop was loodzwaar, waardoor je als rijder echt een verschil kon maken. Alles verliep volgens plan in de eerste manche totdat de motor plotseling tot een halt kwam na een sprong. Eerst dacht ik dat de ketting eraf lag, maar toen realiseerde ik me dat er een steen tussen de achterrem zat. Ik vocht terug tot de tweede plaats, dus wist ik dat ik in de tweede race geen fouten mocht maken; gewoon de holeshot pakken en vervolgens mijn eigen race rijden. Mensen hebben het steeds over het kampioenschap, maar dat is volgens mij enkel mogelijk als Prado steken laat vallen; ik probeer de rest van het seizoen gewoon zo vaak mogelijk te winnen.”
 
‘Queen of Sand’
Zo mogelijk nog indrukwekkender - zeker gezien haar leeftijd - is de stunt die Kawasaki-rijdster Lotte van Drunen uithaalde in Arnhem. De zestienjarige Nederlandse knalde in beide manches naar de overwinning, en behaalde zo de allereerste GP-winst uit haar nog erg prille carrière in de FIM World WMX. Een overwinning die allerminst een verrassing hoefde was: de tiener had haar vaardigheden in het zand immers al op indrukwekkende wijze laten zien tijdens de eerste manche op zaterdagmiddag, om die prestatie op zondag nog eens over te doen. Ze knalde met een volle motorlengte voorsprong naar de holeshot, was nog voor het einde van de eerste ronde uit het zicht van haar uitdagers, en kwam tijdens de sessie van twintig minuten plus twee laps nooit meer in de problemen. Van Drunen bleef haar voorsprong ronde na ronde uitbouwen op het loodzware circuit, om uiteindelijk met 40 seconden voorsprong over de finish te denderen. En dat slechts 11 dagen na haar zestiende verjaardag… Dat belooft wat voor de toekomst!
 
Dankzij de knappe dubbelslag sluipt van Drunen ook dichter naar de leidster in het kampioenschap, Kawasaki-rijdster Courtney Duncan: nog 23 punten scheiden de jonge Nederlandse van de titel, terwijl ze op amper 7 punten van de tweede stek in het kampioenschap komt. Dat alles met nog één ronde te gaan: de Turkse GP op 2 en 3 september in Afyonkarahisar. Met twee motoren in de top drie, dikt ook Kawasaki's voorsprong in het FIM-constructeurskampioenschap flink aan.
 
Lotte van Drunen: “Gisteren was ik de hele dag de snelste en vandaag heb ik het mezelf een stuk makkelijker gemaakt door de holeshot te claimen. Zo kon ik meteen een gat slaan en mijn eigen race rijden; ik reed ontspannen en vrijwel in m’n uppie. Het was zo'n geweldig gevoel om mijn allereerste GP-overwinning hier voor mijn thuisfans te behalen en ik weet zeker dat ik dit weekend nooit zal vergeten. Het was echt speciaal. Voor het weekend krabbelden we nog ‘Queen of Sand’ op mijn helm - ik denk dat ik dat wel heb bewezen nu; misschien is dat vanaf nu mijn bijnaam.” (lacht)